Luister hier naar het verhaal uit de derde co-creatie sessie. Liever lezen? Dat kan onder het audiofragment.

De derde co-creatiesessie die Possible Landscapes en de gemeente Maashorst organiseerden vanuit het thema Tijd voor Toekomst – Maashorst kiest Natuurlijk! bouwt letterlijk en figuurlijk voort op de tweede sessie. Ging de tweede sessie over het creëren van ruimte als voorwaarde voor natuurlijk (samen)leven, in deze derde sessie stond de inrichting van die ruimte centraal. Hoe kun je op een natuurlijke manier wonen, (ver-)bouwen, recreëren en voedsel en andere gewassen verbouwen? 

Deze keer waren er, naast de medewerkers van de gemeente Maashorst, dan ook stakeholders en kennispartners vanuit de bouw, landbouw, energietransitie, voedselinnovatie, gebiedsontwikkeling, woningcorporaties en het toerisme. 

Alle co-creatiesessies vonden plaats in de Heilige Kruisvindingskerk in Odiliapeel. En deze keer opende de pastoor van de kerk de sessie met een korte lezing uit de Laudato Si’, waarin paus Franciscus het ecologische en het sociale vraagstuk samenbrengt in een integrale ecologie. “De aarde is ons gezamenlijk huis”, zei de pastoor. “Een gezamenlijk huis waar we goed voor moeten zorgen, want alles wat we de natuur aandoen, doen we onszelf aan.” De pastoor gelooft net als de paus in de kracht van de dialoog. En hij eindigde daarom met de woorden: “Aan u alle lof. Dat u zich thuis mag voelen.” 

Menselijke maat

De bijzondere opening zette meteen de toon voor deze sessie. Meerdere deelnemers waren geraakt door de woorden van de pastoor en het was juist die kwetsbaarheid die zorgde voor een sterk gevoel van verbinding. En zo kwam al snel op tafel dat ‘de menselijke maat’ het uitgangspunt zou moeten zijn voor de ruimtelijke ontwikkeling van Maashorst. Want: een gebied krijgt alleen kans als je mensen weet te inspireren om het samen te doen. Samen kom je verder. Een mooie kans om samen te werken is de energieopgave – die is zo groot dat het eigenlijk niet anders kan. Hoe bouw je samen het energiesysteem van de toekomst? En hoe houd je het betaalbaar voor iedereen? 

Stem van de natuur

Voor de natuur zou de menselijke maat echter juist niet de norm moeten zijn. Een groot deel van het landschap is namelijk ingericht tegen het natuurlijke systeem in. Zo is Maashorst van nature een heel nat gebied. De verdroging komt door hoe wij nu omgaan met het landschap, zo vertelt ook het verhaal over het landschap. Hoe kunnen we ons als mens weer verhouden tot de natuur? En hoe zet je het landschap dan weer in haar kracht?

Daarvoor is ‘aardkundig fundamentalisme’ nodig, aldus een van de deelnemers. Je kunt de potentie die al in de aarde zit gebruiken om ‘nieuwe landschappen van verlangen’ te maken. De natuur zou de hoogste lokale rechter moeten worden en een aparte stem aan tafel moeten krijgen. 

Elkaars taal leren spreken

Zoals in de eerste sessie al duidelijk werd, is in de gemeente Maashorst alles terug te voeren op het breukenstelsel. “We moeten trots zijn op dit gebied en kansen zien. Maar we moeten ook elkaars taal weer leren spreken.” Letterlijk soms. Want mensen aan de ene kant van de breuk hebben een ander dialect dan aan de andere kant van de breuk. Terwijl er slechts 30 meter tussen zit! Het gebied ertussen was lange tijd onbegaanbaar, waardoor mensen elkaar niet spraken. Die ogenschijnlijk kleine cultuurverschillen zijn wel iets om rekening mee te houden. “We moeten leren van de geschiedenis om voorbereid te zijn op de toekomst.” Bovendien helpt die kennis om dingen te veranderen. Dan willen mensen meebewegen. Vroeger kwam je als agrariër niet van je erf af, maar dat kan niet meer. “We moeten de energie die er is op de erven naar buiten laten gaan door samen te werken. Ook al spreken we een andere taal.” Samen kun je energie opwekken om dingen te realiseren. “We hebben de potentie om de eerste echt circulaire gemeente te worden, een voorbeeld voor de wereld. Hoe mooi is dat?”   

Niet-vrijblijvend-leergebied

Ook in deze sessie werd het weer duidelijk: als je iets wilt creëren dat fundamenteel anders is, moeten pioniers de ruimte krijgen om te experimenteren. “Met een accountantsmentaliteit sla je alle energie uit nieuwe initiatieven. Dan kun je pilot na pilot doen, maar uiteindelijk worden er geen echte keuzes gemaakt en verandert er niks.” Dus hoe kun je een niet-vrijblijvend-leergebied creëren waarin je samen kunt leren hoe de toekomst eruitziet? Een leergebied waarin de output van de experimenten dient als input voor de keuzes van de gemeente. Een leergebied waarin vragen worden gesteld als: Stel je voor dat… (er bijvoorbeeld geen ruimte meer is voor glycofaat)? En ook een leergebied waar fouten worden gevierd! Want waar je struikelt ligt je grootste schat begraven. 

Denken in mogelijkheden

Wat zou er in zo’n niet-vrijblijvend-leergebied dan concreet onderzocht kunnen worden? Bijvoorbeeld:

  • Nieuwe vormen van landgebruik: kansen voor tuinakkerbouw in eetbare natte teelt zoals lisdodde, witte waterkers en waterspinazie. Maar ook integratie van wonen, werken en recreëren. 
  • Biobased (ver)bouwen als kans voor de landbouwtransitie. 
  • De natuurlijke kwaliteiten terugbrengen én tegelijkertijd gewassen verbouwen. Zeven jaar is genoeg om de bodem weer regeneratief te maken. 
  • Het watersysteem in de landbouwgebieden opnieuw ontwerpen, waarbij de teelt weer wordt afgestemd op het natuurlijk waterpeil en niet andersom. 
  • Woningcorporaties als aanjager van biobased bouwen. 

Stadse daadkracht, dorpse maat

Voor zo’n leergebied is lef nodig. Lef om een vrijzinnige gemeente te zijn, waarin zorgen voor elkaar én de omgeving voorop staat. Lef om te kijken naar de mogelijkheden in plaats van de onmogelijkheden. 

Maar er is ook daadkracht nodig. Van lekker netwerken naar samen handelen. Want uiteindelijk gaat het erom dat je gaat staan voor waar je in gelooft en dat je van daaruit serieuze keuzes maakt. Kortom: dat je handelt vanuit stadse daadkracht, met een dorpse maat. Dan kunnen er mooie dingen ontstaan. Want de magie zit in de kracht van binnenuit. 

Zo vertelt de wethouder hoe hij als kleine jongen op zoek ging naar brokken ijzer in de sloot en altijd thuiskwam met een oranje broek, gekleurd door het ijzerrijke water.

“Ik voel me verplicht om zorg te dragen voor dat erfgoed. Daarom ben ik de politiek in gegaan.” 

Gemeenschap aan de bal

Lef, daadkracht en zorgen voor elkaar én de omgeving. Dat vraagt om een nieuwe relatie tussen de overheid, het bedrijfsleven en de gemeenschap. Er moet meer ruimte komen in de regelgeving om gecontroleerd buiten de lijntjes te kleuren, om te experimenteren. Vaker het antwoord ‘ja’ of ‘ja, mits’ vanuit de gemeente is daarbij noodzakelijk. Om meer betrokkenheid te creëren bij de inwoners moet je er bovendien voor zorgen dat de gemeenschap er ook iets aan heeft. Kies er bijvoorbeeld voor om geen externen in te huren voordat je naar de talenten binnen de regio hebt gekeken. De gemeente krijgt in die nieuwe relatie een faciliterende rol, als de verloskundige van de toekomst. “Je wilt dat de toekomst gezond is. Dus je monitort en faciliteert, maar hij wordt vanzelf geboren.” 

Tekst: Merel van de Lande